De afgelopen periode heb ik diverse malen teams begeleid, variërend van een uitvoerend team in de zorg tot en met managementteams. Soms in een communicatietraining, soms in een training Coachend Leidinggeven, soms met een workshop LEGO® Serious Play® en soms met een organisatieopstelling. Verschillende manieren om inzichten te vergroten, oplossingen te vinden en effectiviteit te vergroten.
De vraag die me diverse keren te binnen schoot, was: wie heeft het binnen dit team eigenlijk voor het zeggen? In sessies waar veel met elkaar gesproken wordt, kan dat al snel duidelijk worden. Wie houdt zich stil of beantwoordt alleen vragen die gericht gesteld worden, wie heeft het hoogste woord, hoe wordt daar op gereageerd? En soms ook: hoe wordt daarop geanticipeerd? Pasgeleden nog merkte ik in een teamsessie dat sommige aanwezigen zich op de vlakte hielden, nadat een van hun collega’s een paar keer fel had uitgehaald op een stellingname.
Het is soms zo zichtbaar…
In sessies waar met LEGO® Serious Play® gebouwd wordt, zie je soms het symptoom dat mensen een “braaf” en sociaal wenselijk bouwwerk maken, terwijl anderen juist heel duidelijk in hun bouwwerk laten zien hoe zij de samenwerking zien, het team ervaren of naar optredende problemen en uitdagingen kijken. Zo wordt zichtbaar wie het achterste van zijn tong laat zien en zich dus durft uit te spreken. Wanneer we sessies met ander bouwmateriaal hebben en groepsgewijs gaan bouwen, wordt al snel zichtbaar wie het voortouw neemt, wie zich volgzaam opstelt en wie een stempel drukt op de besluitvorming.
En wees niet verrast: dat is heel vaak niet de leidinggevende!
In een organisatieopstelling wordt het ook snel zichtbaar. Hoe dat zichtbaar wordt, laat zich niet voorspellen, maar je kunt je misschien voorstellen dat als alle teamleden in een ruimte hun positie ten opzicht van elkaar zoeken, dat er iets zichtbaar wordt. Wie staat centraal of juist aan de zijlijn, waar zijn de ogen op gericht?
Is dat verkeerd dan?
Er zijn heel goede redenen waarom soms anderen dan de leidinggevende het voor het zeggen lijken te hebben. Bijvoorbeeld wanneer degene met een lange staat van dienst op basis van die verdiensten een zwaarder wegende stem heeft. Soms komt dat niet door een lange staat van dienst, maar juist door een essentieel specialisme die iemand heeft. Een goede leidinggevende snapt dan dat hij die ervaring en expertise moet aanboren en benutten in het uiteindelijke besluit dat genomen wordt. Zo hoef je dus niet altijd het meest aan het woord of zichtbaar te zijn, maar zorg je er vooral voor dat het besluit goed tot stand komt.
De vraag is soms het antwoord!
Enkele jaren geleden werd mij zelfs door een brandweercommandant gevraagd om een organisatieopstelling over het vraagstuk “wie is hier nu werkelijk de baas?”. Hoe verleidelijk het ook leek om met deze mooie vraag aan de slag te gaan, heb ik dat niet gedaan. Omdat ik zo het vermoeden had dat het antwoord allang bekend was en dat de opstelling alleen het bewijsmateriaal moest leveren. Mijn reactie was wellicht wat direct: “als je die vraag stelt, dan ben jij het kennelijk niet”. Toen de brandweercommandant een beetje was bekomen van mijn reflectie, konden we verder praten over hoe de verhoudingen binnen het team verstoord waren en hij de boel niet meer in de hand had. Daar hebben we toen een teamdag aan besteed, met indrukwekkende, verrassende en soms ontroerende uitkomsten.
Loop jij ook met een dergelijke vraag, wil jij ook onderzoeken hoe de verhoudingen binnen jouw team liggen en wat er nodig is om de energie weer volop te laten stromen? Neem dan contact op, we denken graag met je mee!